Ongewenst bezoek
Vrijdagavond, tegen zessen. We komen thuis van ’t werk en treffen vreemde dingen aan in de tuin: een paar houtblokken zijn op onverklaarbare wijze van de stapel gevallen en hier en daar liggen kleine zwarte bolletjes op de kiezels. Bij nadere inspectie blijken ook heel wat van de planten stukken schors en blaadjes te zijn kwijtgeraakt…
We denken dat de geiten van de buren op bezoek zijn geweest en dat vermoeden wordt zondagavond bevestigd, wanneer we plots iets groots en bruins parmantig voorbij het venster zien paraderen. O help…
Vier geiten terug naar hun eigen weide drijven blijkt makkelijker gezegd dan gedaan. Die beesten zijn sterk en bovendien zo koppig als een ezel! Met de hulp van de buren lukt het uiteindelijk toch, maar dan is het kwaad helaas al geschied: rozenstruiken, druivelaars, gladiolen, hosta’s, een passieflora en vier appelboompjes zijn gesneuveld. Die laatste had Karel zelf gekweekt met appelpitjes, dus daar hebben we nog ’t meeste hartzeer van.